BLOG
Overzicht
Een beweging starten met mini MADE
Wat voor de zomer begon met het opnieuw leven inblazen in een “oud” netwerk, MADE, begint steeds serieuzere vormen aan te nemen. De uitgangspunten waren simpel. Je wilt van betekenis zijn voor Eindhoven, op welke manier dan ook. We komen bijeen om bij te kletsen, uit te wisselen, te inspireren en om te kijken hoe we invulling aan ons doel kunnen geven.
Rob van de Ploeg nodigde ons voor deze tweede mini MADE uit op het Campina terrein waar hij door projectontwikkelaar BPD is gevraagd om vorm en inhoud te geven aan de eerste 3-4 jaar van de ontwikkeling. Eerst natuurlijk in het kader van de tijdelijkheid, maar ook voorsorterend op de toekomst. Op dit moment is er in een deel van de oude fabriek de expo experience Robot Love. Men gaat hierbij op zoek naar de verbinding van mens en robot en benadert het van een positieve zijde zonder de andere kanten te vergeten. Robot Love onderzoekt wat liefde vermag in een context van robotisering en artificiële intelligentie. Daar zou je al een blog over schrijven, maar dat doe ik niet. Beter is het zelf de ervaring op te doen en dat kan nog tot einde van het jaar. Er is ook een mogelijkheid om er wat te eten en te drinken in het Robot Café, wat wij ook hebben gedaan.
Net voor de invallende duisternis, geeft Rob samen met oud Campina medewerker, Jan van Kemenade, een rondleiding over het Campina terrein. De melkfabriek vestigde zich hier begin zestiger jaren en uit die tijd dateren de oudste gebouwen. Deze gebouwen zijn nu gemeentelijke monumenten en blijven ook in de herontwikkeling van het terrein behouden. Alle later gerealiseerde gebouwen worden straks geamoveerd en maken ruimte voor de geplande nieuwbouw. Passend in de nieuwe Eindhovense ‘traditie’ van verdichting van de stad, voorziet het plan in een aantal hoge torens. Eind mei 2015 sloot de Campina haar deuren. Jan heeft de opdracht gehad om vanuit het beheer van de gebouwen te werken aan de ontmanteling van het terrein, die uiteindelijk nog zeven maanden in beslag nam. We vragen hem onder de rondleiding naar zijn verhalen in de begin jaren. Hij maakte nog mee dat de melk met paard getrokken karren bij de boeren werd afgehaald en naar de fabriek werd toegebracht. De ponystalling is nog altijd aanwezig. Maar ook dat er bevoorrading voor het Amerikaans leger plaatsvond nadat de ijsfabriek aan Nestlé werd verkocht begin jaren 70. De grootste verbazing van de rondleiding betreft de ruimte die je niet kunt zien van buitenaf: de enorm grote kelders. Op zich natuurlijk logisch als je met gekoelde producten werkt. Het betonnen ‘ijsgebouw’ bevindt zich overigens aan de overzijde van de weg, buiten het hekwerk van het Campinaterrein.
Wat de mini MADE members interesseert, is hoe Rob sturing geeft aan de tijdelijke invulling en ook voorsorteert op de uiteindelijke invulling van het terrein, vooral wat betreft de functies anders dan wonen. Hij heeft hiervoor een model ontwikkeld die hij ter plekke toelicht. Naar zijn mening kun je de (horeca)ondernemers in 4 groepen onderscheiden. Dit zou je vormen van ondernemerschap kunnen noemen, een bepaalde karaktereigenschap. Alleen al wat horeca betreft, heb je een reeks: van wat je in elke stad ziet, wat nu hip is, wat ambitieus is en wat echt nieuw is. Voor elk gebied zou je een goede verdeling van de horeca moeten nastreven (in m2), passend bij de identiteit van het gebied. Je kunt daar direct ook een inschatting van de opbrengsten aan koppelen, want zoals we allemaal weten: wat vernieuwend is, brengt in eerste instantie vaak minder op. Zo’n model helpt alleen als je zelf al een stip op de horizon plaatst maar geeft je wel een goed handvat voor de gesprekken met de ondernemers. En je stuurt daarmee op een gezond ecosysteem voor de stad. Natuurlijk komt de aangeboren allergie tegen een groepsindeling bovendrijven, niets menselijks is ons vreemd. Maar als je niet op voorhand maar aan de hand van een goed gesprek nader wordt geduid, is de eerste allergie getemperd. Het instrument is tenslotte geen afspiegeling van de maatschappij maar een hulpmiddel. In de daaropvolgende discussie verkennen we de mogelijkheid van het model en komt de wens naar boven dat iets dergelijks voor de hele stad inzichtelijk zou moeten worden gemaakt. Want wie bewaakt al die verschillende ontwikkelingen die nu in de stad plaatsvinden? District E, VDMA, Domus Dela, NRE en Campina zijn allemaal ongeveer tegelijk in ontwikkeling. Wie zorgt voor een goede afstemming? Je zou mogen verwachten dat deze rol door de gemeente wordt opgepakt, maar niemand van de aanwezigen heeft het gevoel dat dit het geval is. Wordt het dan toch tijd voor een beweging vanuit de mensen die het goed voor hebben met de stad? En wordt dat mini MADE? Wordt vervolgd.