Wie de schoen past, trekt een grote broek aan

Er gebeurt veel in een stad in ruim 16 jaar. Zo lang was het geleden dat ik de stad Bordeaux had bezocht. En tot voor kort had ik nog geen reden om er weer naartoe te gaan. Maar ik moet zeggen, het was de moeite waard. Misschien wel goed om met een van de laatste gerealiseerde gebouwen te beginnen, Cité du Vin. Men moet in Bordeaux wel gedacht hebben, wat ze in Bilbao kunnen met het Guggenheim Museum dat moeten wij ook kunnen. En waar zijn wij goed in en beroemd om: wijn. Cité du Vin oogt als een grote decanteerkan en ligt aan de noordzijde van Bassins a Flot.  Het gebouw is ontworpen door XTU Architects: Anouk Legendre en Nicolas Desmazieres en in 2016 opgeleverd. Het is een nieuw soort museum waar beleving centraal staat en nieuwe technieken dat ondersteunen. Iedereen loopt met de audiotour in de eigen taal rond en kiest zijn/haar eigen weg. Maar het is wel een heel groot gebouw voor zijn invulling. Je ervaart de begane grond met entree, winkel en café, de tweede verdieping met de tentoonstelling en de achtste verdieping met de panoramabar en mogelijkheid ook buiten van het uitzicht te mogen genieten. Of je even zoveel bezoekers als Guggenheim trekt, vraag ik mij sterk af daar je hier maar één keer naartoe gaat.

Het is wel een markering van een gebied dat volledig wordt herontwikkeld. Weinig bestaande gebouwen worden getransformeerd, sloop-nieuwbouw is het regime. Voor onze begrippen met een hoge dichtheid dat vooral terug te vinden is in heel weinig openbare ruimte. Ik ben nog niet achter de filosofie van de stedenbouw en ook nog niet onder de indruk van de architectuur. Er zijn veel varianten van golfplaten gevels waarvan ik mij afvraag hoe die er over ruim tien jaar uitzien. Maar de grootste schok moet nog komen. Het is heel ingewikkeld om er te komen, maar als je er zo dichtbij bent, heb je er wat voor over. Het bezoeken van de Base de Sous Marines, oftewel de duikbootbasis uit 1941-1943. Een enorm groot betonnen complex dat al jaren in ongebruik is. Wel was er volgens de reisgids een alternatief café in ondergebracht. Maar helaas was die per eind december 2016 gestopt. En werkelijk tot onze schrik zagen wij een bord met een aankondiging tot sloop, gedateerd januari 2017. Nu kan ik mij voorstellen dat er wellicht een deel wordt gesloopt, maar toch niet het deel met de tien openingen aan de haven waardoor de duikboten naar binnen konden varen? Is dit geen cultureel erfgoed? Ik had altijd begrepen dat het slopen van dergelijke complexen onbetaalbaar was en dat dit mede de redding van dergelijke gebouwen kon zijn. Er stond maar weinig informatie bij op het bord. Het is wel zo dat op alle artist impressions op de borden in dit gebied, geen enkel plaatje te vinden is waar dit gebouw nog opstaat. Wel bizar als je bedenkt dat er nieuwbouw bijna tegenaan is gebouwd aan de oostzijde.

Maar genoeg gemopperd, er zijn veel positieve dingen gebeurd met deze stad. Wat te denken over de plaatsing op de Unesco werelderfgoed lijst in2007 als bijzondere eenheid van een achttiende eeuwse stad? Of van de zeer goed functionerend tram die in de binnenstad zonder bovenleidingen rijdt en daardoor het zicht op dat erfgoed niet bederft. De tram verbindt grote delen van de stad met elkaar en vormt geen enkele barrière waar het loopt. Een achttiende eeuws Grand Theatre met prachtig gerestaureerde grote zaal dat men weliswaar wel zo op de Gallo-Romeinse resten van de stad heeft gebouwd.

Alain Juppé, sinds geruime tijd en voor de tweede keer burgemeester van de stad, laat het niet hierbij. De rechter oever, Bastide, is al een tijd in herontwikkeling. Maar het volgende deel wordt ook hier opgepakt: Bastide Niel, een stedenbouwkundig ontwerp door ons eigen MVRDV. Hier is nog niet veel van gerealiseerd, ik ben benieuwd hoe het wordt. Wat echt een pareltje is, is de grens van dit gebied: le Jardin Botanique. Nu hoor ik je al denken, een botanische tuin bezoeken in februari, wat kan dat opleveren? Veel kan ik je zeggen, omdat het namelijk tevens een park is. Een park met een sterk educatief maar niet betuttelend karakter. Een langwerpig park dat een verbinding vormt vanaf de kerk St Marie naar de kade aan de rivier met zicht op de oude stad. Met groente- en plantenbedden, vijvers en landschappen – met toelichting – zoals die in deze streek voorkomen. Een park waar ook gespeeld mag worden en waar kunstwerken in staan. Mooi afgezoomd met nieuwe woningbouwprojecten die op hun beurt een fraai uitzicht krijgen.

Maar dit zijn nog niet alle ontwikkelingen. Aan de zuidzijde van de stad is men net gestart met de grote ontwikkeling rondom het station: Terres Neuves. Dat zegt genoeg, dat moet de volgende keer maar aan bod komen.

deze column is gepubliceerd op

Delen: